Beatrijs van Dongen
Beatrijs van Dongen | ||
Afbeelding gewenst | ||
Persoonsgegevens | ||
Naam | van Dongen | |
Overleden | 1492 | |
Burgerlijke staat | Gehuwd met Gerrit (IV) van Assendelft | |
Overige gegevens | ||
Beroep(en) | Vrouwe van Besoijen |
Beatrijs van Dongen (?-1492) was een dochter van Johan van Dongen, heer van het Land van de Waal (Heinenoord) en Catharina, dochter van Willem V van Besoyen. Zij was gehuwd met Gerrit (IV) van Assendelft en vrouwe van Besoijen.
Op 12 juni 1447 droegen Willem (V) van Besoyen en zijn echtgenote Beatrijs het huis te Besoyen op aan Johan van Nassau (de betovergrootvader van Willem de Zwijger) ten behoeve van hun dochters dochter, Beatrijs van Dongen, behoudens vruchtgebruik. Al op 1 juli d.a.v. werd Beatrijs door Filips de Goede, hertog van Bourgondië, beleend met het ‘ambacht van Besoyen.’
Waarschijnlijk droeg Beatrijs haar bestuurlijke taken over aan haar echtgenoot, die blijkens diverse akten vaak optrad als ambachtsheer van Besoijen. Hij is echter nooit zelf met de heerlijkheid beleend geweest en handelde dus steeds namens zijn echtgenote.
Willem (V) van Besoyen droeg bijvoorbeeld op 12 maart 1449 aan Hertog Filips de Goede de 24 pieters tijns op, die sinds 1 mei 1407 in het bezit van de familie waren, ten behoeve van Gerrit van Assendelft. Hertog Filips beleende Gerrit er een maand later mee. Op 13 maart 1451 sloten Willem (V) van Besoyen en Gerrit van Assendelft een verdrag over de overdracht van de molen te Besoijen. Willems andere dochter, Aleyt (gehuwd met Reynier van Wijfsvliet) eiste toen een vergoeding. Bij akte van 26 december 1453 werd uiteindelijk overeengekomen dat Aleyt jaarlijks een bedrag van 90 Rijnse guldens zou ontvangen.
Beatrijs van Assendelft-van Dongen overleed in 1492, waarna de heerlijkheid Besoijen in handen kwam van haar zoon Claes (III) van Assendelft.
AppendixBronnen
Externe link |